Het Duitse leger ontwerpt net voor het uitbreken van WOI krachtige artillerie waartegen geen enkel fort bestand blijkt. Granaten van 42 cm doorsnede worden van ver afgeschoten en komen met grote snelheid en vernietigende kracht op het fort neer. De officiële benaming voor het “geheime wapen” dat de Duitsers in 1914 inzetten om de Belgische forten te vernietigen is Kurze Marine Kanone.
Het betreft een super zwaar artilleriestuk ontworpen door de firma Krupp en waarvan de eerste stukken net zijn opgeleverd voor het begin van het conflict. Het gaat om een mortier (krombaan geschut) met een kaliber van 42 cm, een kaliber dat wegens zijn uitzonderlijke omvang enkel bij de vloot in gebruik was.
Twee uitvoeringen
- Kurze Marine Kanone 12 L/16 Gamma Gerät. Dit kanon weegt 170 ton en wordt na demontage verplaatst per spoor. Het kan granaten van +/- 1000 kg afschieten over een afstand van +/- 12 km. Er zijn 15 exemplaren gebouwd.
- Kurze Marine Kanone 14 M Gerät. Dit kanon van 42 ton wordt door middel van vier Daimler Benz-tractoren verplaatst. Het kan granaten afschieten van +/- 800 kg over een afstand van 9 km en granaten van 400 kg over een afstand van +/- 12 km. Er zijn 12 exemplaren gebouwd.
Vernietigende kracht
De projectielen van 800 kg (M Gerät) slagen in met een snelheid van 1.000 km per uur en halen een kinetische energie van 3.600 ton – genoeg om een betonlaag (gewapend)? van 3 meter te doorboren en de geblindeerde geschutskoepels van de forten te vernietigen. Geen enkel Belgisch fort is daar tegen opgewassen.
Deze stukken kunnen ongehinderd hun werk doen omdat het ze buiten het bereik blijven van de verouderde artillerie van de Belgische forten. (maximum: 8,4 km)
Als bijnamen circuleren: “Dicke Bertha” of “Grosse Bertha”, de kanonniers zelf noemen hun stuk “Fleissige Bertha”. Bertha is de naam van de erfgename van het Kruppconcern.
Inzet tegen Belgische forten
Tijdens de belegering van de forten van Luik Namen en Antwerpen gebruiken de Duitsers 4 Dikke Bertha’s (2 Gamma’s en 2 M’s) en daarnaast nog eens 9 zware stukken van 30,05 cm.
Dit super zware geschut gooide in het totaal 60 ton granaten op de forten van Luik, 380 ton op die van Namen en 1.500 ton op de Antwerpse forten.
Tijdens de Neteslag werden 3 stukken van 30,05 gebruikt tegen het fort van Walem, 2 stukken van 30,05 cm en 2 stukken van 42 cm tegen het fort van Waver, 4 stukken van 30,05 cm tegen het fort van Koninghooikt en 2 stukken van 42 cm tegen het fort van Lier (die stonden opgesteld in Heist-op-den-Berg).
Voor het inschieten werd geschut van het normale kaliber gebruikt. De controle van de inslagen gebeurde vanuit kerktorens, ballonnen en voorwaartse waarnemers.
Door de korte loop en het krombaanvuur was de nauwkeurigheid een probleem en dat blijkt uit het aantal treffers. Zo werden op het fort van Lier 178 schoten afgevuurd en “slechts” 32 treffers genoteerd, hetzij 18 %.
Dirk De Pillecyn